Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En wanneer de hand eens vreemdelings en bijwoners, die bij u is, [wat] [58]bekomen zal hebben, en uw broeder, die bij hem is, verarmd zal zijn, dat hij zich aan den vreemdeling, den bijwoner, die bij u is, of [59]aan den stam van het geslacht des vreemdelings zal verkocht hebben; 58. Dat is, enige middelen of rijkdom verkregen zal hebben; alzo onder, vs.49. 59. Dat is, aan den ingeborene en ingezetene, welke, ofschoon hij van uitlandse ouders afkomstig is, nochtans in uw land geboren en daarin door langdurige inwoning ingeworteld is.